de zwevende spanner wordt gebruikt voor het spannen en ondersteunen van, vooraf bepaalde, spanposities op werkstukken;
geen vervorming bij het spannen van instabiele werkstukken;
dempen van vibraties tijdens de bewerkingen;
spannen van ribben, randen en flensen voor de verstijving van het opgespannen werkstuk;
vervormingsvrij spannen van ruwe delen;
voor het blijvend juist functioneren, moet de schroefdraadboring altijd gesloten zijn;
voor specifieke spansituaties kunnen de seriematig meegeleverde spanklauwen aangepast respectievelijk verwisseld worden (zie de maatschets: schroef ISO 4762 - M8 - 12.9, M max. = 43 Nm);
extra flexibele bevestiging met houder HE16.0306.0350 respectievelijk houderlijst HE09.1229.1200 mogelijk;
als toebehoren bieden wij wisselbekken met vergrootte spanslag aan, zie HE36;
x in de tabel staat voor welk systeem de zwevende spanner geschikt is;
*: met spanbout M12 (SW18); min. 15 Nm = steunkracht 2kN; max. 30 Nm = steunkracht 8kN;
*1: instelling voor de hoogteaanslag en zwenkbereik; *2: M12 DIN 913 (uitwisselbaar); *3: spanslag; *4: hoogteverstelling; *5: spanbekken uitwisselbaar; *6: 360° zwenkbaar; *7: zwenkbaar na montage; *8: aansluitafmetingen voor speciale klembekken.
Montage:
1) zwevende spanner (schroefdraad M12) met sleutel (SW) op opspanning bevestigen;
2) hoogte-aanslag en zwenkbereik met rode stelhuls afstellen en met stelschroeven bevestigen (3 x SW 1); bij het instellen van de hoogtebegrenzing naar boven, ruimschoots speling waarborgen (werkstuk-productietolerantie).
Werking:
1) zwevende spanner naar beneden drukken;
2) spanklauw tot de aanslag indraaien; zwevende spanner wordt met lichte veerkracht tegen het werkstuk aangedrukt;
3) zwevende spanner met zeskantmoer (SW 18) aantrekken (minimale aandraaimoment 15 Nm, maximale aandraaimoment 30 Nm); bij het spanproces wordt het werkstuk geklemd en tegelijkertijd ondersteund;